Deelnemer in (besloten) fonds voor gemene rekening is ondernemer voor de IB volgens Hoge Raad
08-03-2017Als een deelnemer voordeel kan verwachten en aansprakelijk is voor de schulden, dan is de deelnemer ondernemer. De ondernemersfaciliteiten in de IB zijn dan bereikbaar. Hiermee wordt een nieuwe dimensie toegevoegd aan de mogelijkheid om met een besloten fonds voor gemene rekening aan box 3-heffing te ontkomen. Maak wel onderscheid tussen een besloten fonds (zoals in casu) en een open fonds voor gemene rekening.
Belanghebbende had een participatie in een besloten fonds voor gemene rekening, wat inhoudt dat er geen vrije toe- en uittreding in het fonds is. Omdat de participanten in een dergelijk fonds grotendeels hun eigen rechtsverhoudingen invullen, kan er de iure sprake zijn van een maatschap. Dat was in eerste instantie door de rechtbank ook vastgesteld waardoor het subjectief ondernemerschap aan de orde was. In dit geval had het fonds had tot doel het exploiteren van een schip.
In 2011 wilde de belanghebbende deelnemer zijn participatie op grond van een geruisloze omzetting inbrengen in een door hem opgerichte B.V. De Belastingdienst had de beschikking geruisloze inbreng echter geweigerd. Volgens de inspecteur was belanghebbende geen ondernemer. De rechtbank oordeelde echter dat de participant wel een ondernemer was, want hij kon een voordeel verwachten van zijn deelneming in het fonds. Voorts oordeelde de rechtbank dat de man rechtstreeks verbonden werd voor verbintenissen betreffende de scheepvaartonderneming. Ook volgens het Hof Arnhem-Leeuwarden kwalificeerde de participant als ondernemer.
De Staatssecretaris ging in beroep bij de Hoge Raad en ving bot. De Hoge Raad bevestigde het oordeel van het hof. De man kon objectief gezien voordeel verwachten van zijn deelneming en ook bevestigde de Hoge Raad het oordeel dat de man als deelnemer rechtstreeks werd verbonden en aansprakelijkheidsrisico liep. De man mocht zijn deelneming geruisloos inbrengen in een BV. Zijn deelneming is fiscaal te vergelijken met een aandeel in een maatschap of Vof.
Onderscheid het besloten fonds van een open fonds. In een besloten fonds is voor toetreding van nieuwe deelnemers toestemming van alle overige deelnemers vereist, bij een open fonds is er in beginsel vrije toe- en uittreding. Als hieraan is voldaan, is sprake van een vennootschapsbelastingplichtige entiteit, daardoor vallen de deelnemingen niet in box 3, maar in box 2, als het belang van de deelneming meer dan 5% is.
Zie artikel 3.4 en 3.65 Wet inkomstenbelasting 2001
Hoge Raad 3 maart 2017, ECLI:NL:HR:2017:340
Laatste nieuws
- Inkomstenbelasting op box 3 vermogen blijft te hoog, maak bezwaar … Door Wijnkamp Keulers op 22-02-2024 Lees verder
- Belastingheffing en nieuw kabinet … oude Tweede Kamer regeert door … Door Wijnkamp Keulers op 13-12-2023 Lees verder
- Hoe om te gaan met minderwaarde gebouwen veehouderij door milieumaatregelen? Door Wijnkamp Keulers op 23-10-2023 Lees verder